Het Vlaams Vredesinstituut is een onafhankelijk
instituut voor vredesonderzoek bij het Vlaams Parlement.

Gewelddadige radicalisering en polarisering in Vlaanderen: Nieuwe uitdagingen dwingen Vlaanderen tot extra inspanningen en meer samenwerking.

02/12/2020

De recente terroristische aanslagen in Wenen en Parijs tonen aan dat gewelddadige radicalisering en polarisering enorme maatschappelijke uitdagingen blijven.

In Vlaanderen zette het Vlaams actieplan ter preventie van gewelddadige radicalisering en polarisering de voorbije jaren veel in beweging. Toch bestaat de kans dat een deel van de relevante kennis en ervaring, die de Vlaamse overheid in het kader van dit actieplan de voorbije jaren opbouwde, verloren gaat. Bovendien zorgt de veranderende context van radicalisering en polarisering voor een aantal bijkomende uitdagingen.  Het Vlaams Vredesinstituut pleit op basis van een grondige evaluatie van het huidige actieplan voor een duurzaam beleid inzake kennisuitwisseling, financiering en samenwerking.  Ook een nieuw Samenwerkingsakkoord met de federale overheid kan daartoe bijdragen.

 

Kennis en expertise

De voorbije jaren werd –vooral met de problematiek van de Syriëstrijders in het achterhoofd- een enorme hoeveelheid kennis, opleidingen, vormingen, gidsen en handboeken ontwikkeld. Vlaamse beleidsmakers en praktijkwerkers geven nu aan dat er nood is aan een selectie en kwaliteitstoets zodat ze opnieuw door de bomen het bos zien.  Bovendien moeten lacunes in expertise aangevuld worden. Zeker op het vlak van online radicalisering en polarisering blijkt de vraag groot maar het aanbod beperkt. In deze context kan het groeperen van expertise inzake gewelddadige radicalisering een meerwaarde zijn om kennis te filteren, te inventariseren, te verdelen, aan te vullen en te koppelen aan buitenlandse geopolitieke tendensen en maatschappelijke vraagstukken zoals democratisch burgerschap en discriminatie. Dat moet wel gebeuren met een open blik op de verschillende vormen van radicalisering en polarisering.

 

Annelies Pauwels, onderzoeker bij het Vlaams Vredesinstituut:Nieuwe evoluties zorgen voor verschillen in verschijningsvorm, geografische spreiding, profiel en leeftijd van betrokkenen. Om doeltreffend te zijn moet het Vlaams beleid ook rekening houden met fenomenen zoals bijvoorbeeld geweld tegen vertegenwoordigers van de overheid en brandstichtingen tegen 5G-zendmasten en openbare gebouwen.” 

 

Om relevant te blijven is ook meer aandacht nodig voor groepsgebonden radicalisering en polarisering en de digitale dimensie. Die dimensie brengt bovendien extra uitdagingen met zich mee voor medewerkers van gevoelige diensten en organisaties die mogelijk geconfronteerd worden met (online) intimidatie en bedreigingen omwille van hun werkzaamheden.

 

Beter budgettair kader

Op het vlak van het budgettaire kader van het actieplan stelde het Vlaams Vredesinstituut tijdens de bevraging een aantal moeilijkheden met ontoereikende of onevenwichtige financiering vast.  Het blijkt bovendien in de praktijk onhaalbaar om precies na te gaan hoe de veelheid aan acties budgettair onderbouwd wordt omdat een duidelijke begrotingstabel ontbreekt die middelen en verwachtingen aan mekaar koppelt.

 

Bepaalde beleidsprioriteiten zoals kennis-en expertiseopbouw bleven ook ondergefinancierd.  In sommige domeinen – en zeker in het jeugdwerk – legde dit extra druk op de reguliere mensen en middelen.  In andere gevallen was er wél meer gerichte of projectmatige financiering maar legt het tijdelijke karakter van dergelijke financiering een hypotheek op de duurzaamheid van de resultaten.  Een adequaat budgettair kader blijft dus een aandachtspunt.

 

Samenwerking

Het actieplan zette terecht sterk in op overleg en samenwerking, bijvoorbeeld met de zogenaamde ‘Lokale Integrale Veiligheidscellen Radicalisering’ (LIVC-R’s) of met bestaande structuren zoals de onderwijskoepels, de VVSG (Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten) of de jeugd(welzijns)sector.  Idealiter neemt de Vlaamse overheid die sturende rol in de toekomst nog actiever op zodat de doelstellingen voor en de resultaten van het beleid van steden, gemeenten en de vele andere partners beter geëvalueerd en gedeeld worden.   Daarbij blijft het ook essentieel om via samenwerking met een breed spectrum aan partners (vrijetijdsorganisaties, sportverenigingen, middenveldorganisaties en levensbeschouwelijke verenigingen) en projectwerking -en subsidies dynamisch in te spelen op lokale noden.

 

Bovendien creëert de vorming van een volwaardige federale regering in oktober 2020 de opportuniteit om opnieuw en verder werk te maken van een Samenwerkingsakkoord.   Daarin moet Vlaanderen samen met de federale overheid een visie ontwikkelen over de afstemming tussen preventie en repressie en de verdeling van bevoegdheden (bijvoorbeeld wat betreft  disengagement-trajecten voor opgesloten Syriëstrijders). Naar aanleiding van dat akkoord kan ook de informatie-uitwisseling in de LIVC-R’s worden gestroomlijnd.

 

Annelies Pauwels, onderzoeker bij het Vlaams Vredesinstituut: “Zowel de Vlaamse overheid als de federale overheid hebben cruciale hefbomen in handen om de samenstelling van en de werking in deze LIVC-R’s te verbeteren.  Ook bijvoorbeeld een meer performante strategie voor teruggekeerde Syriëstrijders en andere geradicaliseerde gedetineerden in Vlaamse gevangenissen is enkel mogelijk als de samenwerking tussen het federale en het regionale niveau geoptimaliseerd wordt.”

 

Een grondige, toekomstgerichte evaluatie door het Vlaams Vredesinstituut

In opdracht van het Vlaams Parlement en het Agentschap Binnenlands Bestuur voerde het Vlaams Vredesinstituut een diepgaande evaluatie uit van het Vlaams actieplan ter preventie van gewelddadige radicalisering en polarisering dat de Vlaamse overheid sinds 2017 als richtsnoer hanteert.  Naast een schriftelijke bevraging bij lokale besturen en verschillende focusgroepen met academici en praktijkexperts, nam het Vlaams Vredesinstituut meer dan 60 diepte-interviews af van vertegenwoordigers van de Vlaamse overheid, inlichtingen- en veiligheidsdiensten, vertegenwoordigers van het betrokken maatschappelijke middenveld, academici en uitvoerders van projecten gefinancierd via het Vlaamse actieplan. Deze analyse resulteerde in een advies en een omvangrijk rapport met belangrijke conclusies over het actieplan in het algemeen maar ook met specifieke vaststellingen in de beleidsdomeinen van onderwijs en op het vlak van de lokale aanpak en nieuwe vormen van radicalisering.    Naar aanleiding van de op handen zijnde actualisering van het beleid reikt het Vlaams Vredesinstituut daarenboven bovenstaande concrete aandachtspunten aan.

Het Vlaams Vredesinstituut werd bij decreet opgericht door het Vlaams Parlement als onafhankelijk instituut voor vredesonderzoek.  Het voert wetenschappelijk onderzoek uit en informeert en adviseert het Vlaams Parlement en het brede publiek.

Contact:
Voor meer informatie of interviews:

Wouter Claes, communicatieverantwoordelijke Vlaams Vredesinstituut
Tel:  0479/63.07.59
E-mail: wouter.claes@vlaamsparlement.be