Het Vlaams Vredesinstituut is een onafhankelijk
instituut voor vredesonderzoek bij het Vlaams Parlement.

Vraag en antwoord: de aanpak van gewelddadig extremisme

05/03/2019

Waarom plegen mensen extremistisch geweld? Hoe kan dit geweld voorkomen worden en hoe kunnen daders terug in de samenleving geïntegreerd worden? Zoals onderzoeker Lore Colaert toelichtte in het boek ‘Deradicalisering: wetenschappelijke inzichten voor een Vlaams beleid’, is radicalisering een complexe puzzel, met vele ingangen en enkele mogelijke uitgangen. Door terroristische aanslagen op Europees grondgebied door ‘home-grown’ daders staat de radicaliseringproblematiek sinds het midden van de jaren 2000 op de Europese beleidsagenda. In Vlaanderen nam de aandacht voor radicalisering een vlucht toen in 2013 bleek dat een disproportioneel aantal jongeren naar Syrië trok om mee te strijden met gewelddadig jihadistische groeperingen. In 2015 ontwikkelde de Vlaamse overheid een actieplan omtrent de preventieve aanpak van gewelddadig extremisme. Onderzoekers Lore Colaert, Yamina Berrezzeg en Kevin Goris, evalueren dit actieplan.

Wat is radicalisering?

Europese beleidsmakers schoven de term ‘radicalisering’ naar voor na de aanslagen in Madrid (2004) en Londen (2005). Dit om inzicht te krijgen in het proces van hoe een individu dat opgroeide in deze samenleving in staat is om een terroristische daad te plegen. Het beleid focust sindsdien sterk op het individu en diens ideologie terwijl het belang van de maatschappelijke context als voedingsbodem voor terrorisme naar de achtergrond verschoof. Omdat het beleid vooral een antwoord was op jihadi-terrorisme, en ontwikkeld werd in de context van hevige discussies over integratie, wordt ‘radicalisering’ veelal met de islam geassocieerd. Zo werd de term een containerbegrip om ruimere problemen rond omgaan met diversiteit, zoals bijvoorbeeld levensbeschouwelijke conflicten op school, te duiden. Dit echter vanuit een veiligheidsperspectief. Om deze redenen is het een beladen term geworden. Wij gebruiken de term zo strikt mogelijk, om een socialisatieproces te duiden dat voorafgaat aan extremisme, dat zich uiteindelijk kan manifesteren in terrorisme.

Wat zijn de oorzaken van (gewelddadige) radicalisering?

Wetenschappers zijn het hier niet over eens. De ene legt meer de nadruk op extremistische ideologieën als oorzaak, de andere op maatschappelijke voedingsbodems. Het enige punt waar wel eensgezindheid over bestaat, is dat heel veel factoren een rol spelen in radicaliseringsprocessen: grieven, netwerken, extremistische ideologieën, en gelegenheden om tot actie over te gaan. Die uiteenlopende oorzaken van radicalisering spelen dan nog eens op verschillende niveaus. Op individueel niveau kan bijvoorbeeld een identiteitscrisis bij een jongere meespelen, of de nood aan sensatie of status. Op groepsniveau kunnen bijvoorbeeld broers, een geliefde, of een rekruteerder belangrijke factoren zijn in een radicaliseringsproces. Op maatschappelijk niveau, tot slot, kunnen aanslagen in Europa, de vluchtelingencrisis, of het buitenlands beleid van overheden, er bijvoorbeeld voor zorgen dat individuen radicaliseren.

Net als elders is er in Vlaanderen een proliferatie van initiatieven om extremisme tegen te gaan. Waarom gaat het nu zo snel?

Het Vlaams Actieplan kwam er in 2015. De Vlaamse politiek voelde een grote urgentie omdat er honderden Belgische jongeren naar Syrië en Irak waren getrokken. En daarbij kwam gaandeweg ook de bezorgdheid: hoe gaan we te werk indien zij terugkeren? De Vlaamse overheid beantwoordde vooral een lokale nood. Enkele steden en gemeenten waren toen namelijk al langer aan het uitzoeken hoe ze met deze problematiek konden omgaan. Lokaal zijn de noden vaak beter gekend, kan er makkelijker op ingespeeld worden en is samenwerking tussen verschillende betrokken actoren vaak eenvoudiger. De burgemeesters van Vilvoorde, Antwerpen, Maaseik en Mechelen trokken aan de alarmbel en ontwikkelden voor het eerst een handleiding voor gemeenten. Pasklare antwoorden waren er echter niet. Ook bij onderzoekers duurde het even voor we een weg vonden in dit complexe domein. Wij voerden bij het Vredesinstituut reeds onderzoek naar jongeren en stedelijk geweld. Gezien de beleidsnoden verlegden we gaandeweg onze focus naar extremisme.